Academie
HNN Gebied

Stikstof


Vanuit Europese wetgeving is Nederland verplicht om de emissie van stikstof actief te beperken en natuurgebieden te beschermen. Onder andere door zeer hoge NOx- en NH3-deposities staan Nederlandse natuurgebieden namelijk al jaren onder druk en gaat de biodiversiteit in deze gebieden achteruit. Bij het realiseren van gebieden komt deze stikstof vrij, onder meer door de aanleg van infrastructuur en gebouwen. Ook komt tijdens de gebruiksfase van een woonwijk steevast stikstof vrij. Bijvoorbeeld door mobiliteit.

Onderbouwing

De belangrijkste bronnen van stikstofdepositie in Nederland zijn de intensieve veeteelt en landbouw. De bouwsector draagt echter indirect ook bij. Bijvoorbeeld door mobiliteit en het gebruik van gebouwen. Bij gebiedsontwikkeling speelt stikstof een cruciale rol: het biedt mogelijkheden voor stikstofreductie.

Verschillende partijen, waaronder provincies, gemeenten, waterschappen, ondernemers en terreinbeheerders, werken samen aan de Gebiedsgerichte Aanpak Stikstof. De indicator voor gebiedsontwikkeling sluit aan bij de Gebiedsgerichte Aanpak Stikstof, maar ook gebiedsprocessen en gebiedsplannen. De stikstofindicator voor HNN Gebied is daarom opgedeeld in een algemeen deel: (1) het stedenbouwkundig plan en (2) mobiliteit deelonderwerpen waar stikstof expliciet in meegenomen kan worden:

Het stedenbouwkundig plan beschrijft de gewenste inrichting van een gebied, inclusief bebouwing, functies en openbare ruimte. Door stikstofdepositie te verminderen bij het opstellen van dit plan, kunnen passende maatregelen worden genomen om de relatie met omliggende gebieden te versterken.

Mobiliteit - en   vooral verkeer - is een belangrijke bron van stikstof. Bij gebiedsontwikkeling moet worden gekeken naar hoe mensen en goederen zich verplaatsen en hoe dit de omgeving beïnvloedt. Emissieloos vervoer draagt bij aan stikstofreductie en wordt in het stedenbouwkundig plan geïntegreerd via de infrastructuur en bouwkavelregels.

De aanleg van bouwwerken en infrastructuur wordt behandeld in de stikstofindicator voor HNN Gebouw en HNN Infra.

Toelichting

  1. De stikstofindicator is (indirect) belangrijk voor het maatschappelijk belang, het Schone Lucht Akkoord, aantasting van de natuur en minder afhankelijkheid van fossiele brandstoffen; het gaat dus verder dan de nadelige effecten op Natura 2000-gebieden.  
  2.  We hebben deze indicator laten aansluiten op de Gebiedsgerichte Aanpak van de Aanpak Stikstof van de Rijksoverheid. Stikstofreductiedoelstellingen zijn opgesteld om de Europese natuurdoelen te halen: het behalen van deze doelen helpt om de staat van de Nederlandse natuur op orde te brengen.
  3.  Voor de stikstofindicator voor HNN Gebied hebben we ervoor gekozen ons te richten op bestemmingen: wonen en gemengd (woon-werkgebieden).

Vragenlijst projectevaluatie

Stikstof

Deel 1: Stedenbouwkundig plan

Vraag 1

Hoe is integraal rekening gehouden met de gebiedsgerichte aanpak van stikstof vanuit de provincie en gemeenten?

Vraag 2

Zijn de stikstofbronnen op voorhand in kaart gebracht? Zo ja, welke bronnen zijn dit? En hoeveel?

Vraag 3

Is gebruik gemaakt van intern- of extern salderen? Zo ja, welke en hoe? En is ingezet op mitigerende maatregelen om stikstofemissies in het stedenbouwkundig plan op voorhand te voorkomen?

Deel 2: Mobiliteit

Vraag 4

Is het gebied ingericht om vervoersbewegingen te verminderen, bijvoorbeeld door autoluwe zones of deelmobiliteit?

Vraag 5

Heeft het gebied een uitgebreide laadinfrastructuur?

Vraag 6

Is er een fijnmazig OV-netwerk in het gebied met HOV-lijnen?

Vraag 7

Worden langzame vervoersbewegingen gefaciliteerd in het gebied?

Vraag 8

Kent het gebied een milieuzonering?